6) Bewerkingszin
In de praktijk wordt er vrijwel steeds in tegenloop geschaafd. Hierbij ontstaat een langgerekte spaan die toeneemt in dikte. Deze manier van werken laat een geringere snijkracht en dus langere standtijden en minder benodigd motorvermogen toe. Nadeel is echter dat bij moeilijke werkstukken (kops- of dwarshout, spaanplaten ...) er een verhoogde kans op uitbreken van het hout is. Om dat laatste te vermijden, wordt er af en toe ook in meeloop geschaafd. Dat is echter nadelig voor de standtijd van de messen.




